Home Zoek

Geef een zoekterm op ( 491 resultaten )

Verfijn zoekresultaten

Moet ik afstand nemen?

Ik ben sociaal werker bij een zorgaanbieder. Ik ben betrokken bij de diverse hulp- en zorgvragen op het gebied van wonen, werken en activeren van mensen met een verstandelijke beperking. Zij variëren in niveau van een lichte tot een zeer ernstige beperking. De woonwensen zijn dan ook verschillend; van zeer intensieve 24 uurszorg tot enkele uren begeleiding per dag. Met de ouders en als het kan met de toekomstige bewoners heb ik vanaf aanmelding voor zorg tot aan plaatsing vrij frequent contact. Gedurende hun verblijf in de organisatie kunnen ouders en familieleden een beroep doen op sociaal werkers. Behalve sociaal werker ben ik ook vertrouwenspersoon seksueel misbruik. Bewoners, medewerkers, familieleden en relaties van bewoners kunnen bij de vertrouwenspersoon vertrouwelijk praten over ongewenste gedragingen van seksuele aard.

De juiste balans

Betrokken zijn bij een cliënt vraagt om inzet van je persoon, professioneel afstand bewaren om het bewaken van grenzen. Hoe bewaar je als sociaal werker een goed evenwicht tussen nabijheid en distantie?

Beste professional in sociaal werk, BPSWeetjes

Met dit bericht willen we allereerst ons respect tonen aan alle professionals die momenteel onder moeilijke omstandigheden hun belangrijke werk blijven doen. Soms met gevaar voor eigen gezondheid en met de verantwoordelijkheid anderen niet te besmetten. Je bent van grote betekenis voor mensen die juist nu soms extra begeleiding, ondersteuning en hulp nodig hebben.

Minder dwang, meer zorg op maat

Per 1 januari 2020 is de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) in werking getreden. Deze wet vervangt de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Bopz) en heeft andere toepassingen, procedures en werkwijzen rondom verplichte zorg binnen de ggz. We schreven er eerder over; maar dit keer relateren we de wet aan de positie van naasten en de wettelijke status van de Familievertrouwenspersoon. Wat kan die in de praktijk betekenen?

Weloverwogen afwijken

In deze rubriek zetten we uiteen wat sociaal werkers kunnen leren van uitspraken van het tuchtrecht. We bespreken uitspraken die sociaal agogen, maatschappelijk werkers en jeugd- en gezinsprofessionals betreffen. Voor sociaal agogen en maatschappelijk werkers gaat het om het Registerplein. Voor jeugd- en gezinsprofessionals geldt het SKJ. Doel van het tuchtrecht is dat je als geregistreerde beroepsbeoefenaar kan worden beoordeeld op je professionele handelen. Hiervan kun je als professional en als beroepsgroep leren. De uitspraken van tuchtcolleges worden anoniem gepubliceerd. In deze rubriek lichten we een aantal tuchtzaken toe.

Boeken

Louis Blankenberg was 18 jaar toen hij samen met zijn broer van 16, zusje van 13 en een vriend van 17 op 1 januari 1871 het Genootschap Liefdadigheid naar Vermogen (LNV) oprichtte. Zij wilden het verschil maken: intensief en direct persoonlijk contact, bevorderen van zelfhulp, geen onderscheid naar geloof en maximaal vijf gezinnen per vrijwilliger. Het genootschap hielp met het verstrekken van renteloos voorschot, het saneren van schulden en bemiddeling naar werk. De werkwijze van LNV werd in Amsterdam maar ook landelijk toonaangevend. LNV werd de bakermat van het moderne sociaal werk, maar bevorderde ook de samenwerking binnen de gemeente.

‘In vijf jaar zijn we heel goed op elkaar ingespeeld’

Tilburg is uitverkoren als Beste Overheidsorganisatie van het jaar 2019. De sociale professionals in de stad hebben ongetwijfeld aan die prijs bijgedragen. Diverse welzijnsorganisaties zijn gevestigd in de Hasseltse kerk, gewijd aan Onze Lieve Vrouw van de Rozenkrans. Hier zitten organisaties als ContourdeTwern, de Openbare Bibliotheek, Kinderstad, Jongerenwerk, Thebe thuiszorg/wijkverpleging en het ROC. Ook Ellen Schakel (43) werkt in die kerk, bij De Toegang team Oud Noord. Het is de toegang voor ondersteuningsvragen op het gebied van zorg, werk en jeugdhulp.

Claim je professie

Uitholling of erosie van ons beroep? Jan Willem Bruins deed een oproep om mee te denken over de identiteit van het beroep. Die erosie ervaren wij als maatschappelijk werkers in Katwijk bij de Poli Huntington van Topaz niet. Aangezien wij trotse maatschappelijk werkers zijn in een multidisciplinaire context, willen we graag ons steentje bijdragen aan dit debat door te laten zien wat we doen.

De vele beelden van integraal werken

Integraal werken is het toverwoord om de complexe vraagstukken in het sociaal domein tegemoet te treden. Maar onduidelijk is wat precies te verstaan onder integraal werken. Het perspectief erop kan namelijk nogal verschillen. Vier Werkplaatsen Sociaal Domein onderzochten de beelden van integraal werken.

Een sterk merk

Hoe kunnen we met een gemeenschappelijke beroepsidentiteit sociaal werk sterker neerzetten en uitdragen, zo vroeg Jan Willem Bruins zich af in het vorige nummer. Kunnen pleegzorgwerkers, bedrijfsmaatschappelijk werkers, raadsonderzoekers, jeugdbeschermers en jeugd- & gezinsprofessionals zich voegen naar de overkoepelende beroepsnaam ‘sociaal werker’? En willen zij zich onder de BPSW als beroepskoepel verenigen? Thomas Heyman reageert en pleit voor sociaal werk als sterk merk.

Verfijn de zoekresultaten

  • Filter op categorie

Abonneren